Zijn de mini cars in Amsterdam een briljante vondst of zorgen de city cars voor ordinaire overlast?

Op een zonnige avond zat ik op het terras bij Van Dam in de Beethovenstraat, samen met twee kids die grinnikend om zich heen keken. “Wat is dat?” riepen ze lachend. “Is het een bromfiets? Is het een speelgoedautootje? “Het lijken wel Mariokart autootjes’ gierden ze het uit wijzend naar de mini cars om hen heen. Het waren er niet een paar, maar het leek alsof ze uit alle hoeken en gaten kwamen. We zaten er nog maar net, of er reed al een stroom aan minikarretjes voorbij, die zich een weg baanden door het chique decor van Amsterdam-Zuid.

De één nog glanzender, luxer of praktischer dan de ander. Het was bijna alsof ik naar een parade van luxe speelgoedautootjes keek. Eerst moest ik lachen. Echt, het zag er een beetje knullig uit. Alsof iemand per ongeluk het verkeerde formaat voertuig uit de garage had gepakt. Het leek op een scène uit Honey, I Shrunk the Kids, of in dit geval: shrunk the car. Wat is dat toch met die mini cars in Amsterdam vroeg ik aan de allerleukste serveerster.

De mini cars als stadsicoon

Eerst was er vooral het veredelde golfkarretje, of invalidewagentje dat door de straten van Amsterdam scheurde, vertelde de sympathiek dame die ons de drankjes kwam brengen. Maar vandaag de dag is de variatie groter zie ik om mij heen en verwonder me over de verscheidenheid aan hippe autootjes. “In de beginfase zag je ze overal op de stoep staan, maar tegenwoordig zijn er keurige regels waar iedereen zich aan houdt” vervolgde ze. Dus hoezeer we er ook om moesten lachen, ergens zijn ze wel heel praktisch en er zitten prachigge mini cars tussen

Deze compacte mini cars zijn geen speeltjes, maar een slimme, praktische keuze in de steeds drukker wordende stad. Zeker als je geen rijbewijs hebt, is het een geniaal vervoersmiddel. Ze passen in de smalste parkeervakken, draaien soepel door drukke straten en belangrijker: je zit droog. Geen regenjassen, geen gedoe met kapotte fietslampen, geen tegenwind als je van Oost naar West moet. Voor veel Amsterdammers, zeker oudere bewoners of jonge ouders met een strak schema, zijn ze een uitkomst. Bovendien zijn het ideale reclamezuilen: op vrijwel iedere bolide zag ik een hippe bedrijfsnaam staan. Van skincare tot cateringbedrijven in het mondaine Amsterdam-Zuid.

Handig of hinderlijk?

Toch is niet iedereen fan. Want met het gemak komt ook de irritatie, hoor ik van de tafel naast me, waar onze interesse in de mini citycars was opgevallen. Deze kleine racers mogen namelijk ook mee op de pont van Centraal naar Noord. En wie daar ooit op een druilerige dag met een fiets en twee kinderen heeft gestaan, snapt de frustratie. Eén zo’n karretje neemt zomaar de plek in van zes fietsen. En als je daardoor het volgende pontje moet afwachten, ben je zo twintig minuten verder. In een stad waar elke minuut telt, is dat geen kleinigheid.

Er is dus een duidelijke tweedeling ontstaan: voor de één is het een briljante oplossing, voor de ander zijn de mini cars een doorn in het oog. Zelf zie ik het als een typisch Amsterdams fenomeen: vindingrijk, eigenzinnig en nét een tikje over het randje. Want ja, ze zijn handig. Maar misschien moeten we ook kritisch blijven op hoe ze de gedeelde ruimte beïnvloeden.

De balans bewaren

Go of no go? Zelf twijfel ik over de city car. Als je ze bewust inzet, met oog voor de ander en met goede regelgeving, dan zijn ze zeker een go. Vooral in een Amsterdam waar je toch maar dertig kilometer per uur mag rijden. Ze zijn klein en milieubewust. Maar laten we niet vergeten dat Amsterdam leeft bij de gratie van balans. Te veel van iets, en het kantelt. Misschien zijn deze kleine bolides wel het ultieme symbool van die eeuwige Amsterdamse strijd: vrijheid versus ruimte. En laten we wel wezen, liever tien van deze mini autootjes dan tig rangerovers, porsches en extravagante grote bolides, die hier het straatbeeld evenzo bepalen.

Ondertussen zag ik een dame met een groot boeket bloemen in haar hippe citycar stappen. Het valt me op dat de doelgroep overwegend hoogblond is, mét highlights, stijlvol en voorzien van een grote zonnebril. Naast praktisch is het hier in Amsterdam ook wel een status symbool om je zo te verplaatsen. De Hippe Van Moof heeft met de mini bolides dan ook een goede vervanger gevonden voor de hippe Amsterdammer!

City Car – trend

En ondertussen keek ik online wat zo’n bolide zou kosten, aangezien het wel duidlijk is dat dit geen hype is, maar wellicht een transitie van stadsvervoer. Voor een hip model komt het al snel neer op zo’n 15 tot 10.000 Euro voor, ooff. Ik houd het voorlopig maar bij mijn hipe e-bike en een goede regenjas! Al ben ik ook de doelgroep niet meer, pijnlijk, maar de realiteit. Ik ben de praktische Nederlandse moeder die zich verplaatst met de bakfiets, fietskar, of het openbaar vervoer. En ik denk niet dat voor deze mini-cars dakkoffers beschikbaar zijn. Maar mochten we ooit weer terug naar de stad gaan als de kinderen uitgevlogen zijn, dan is het stikem toch wel ideaal. En bedenk me: “Zou het ook aanslaan in Apeldoorn?” Of zijn we daar in het oosten toch iets te nuchter voor…?

Wat vind jij? Zijn het helden op wielen of toch vooral hinderlijke hummels?

Marjolein

Volg je ons als op Facebook | Tiktok | Instagram | Pinterest | Youtube We vinden het superleuk als je een berichtje achterlaat