Madeira voelt als een plek die je ooit op een ansichtkaart zag en daarna niet meer uit je hoofd kreeg. Zodra je voet aan wal zet, merk je hoe dichtbij de tegenstellingen hier samenkomen. De oostkant is dor en stoer, alsof je in een oude legende van zeelui bent beland. Rijd je een kwartier verder, dan sta je ineens in een landschap dat bijna fluistert. Groen, vochtig, met bergkammen waar nevel overheen trekt alsof iemand het decor net heeft ingewreven voor een nieuw avontuur.
Aan de noordkust hoor je de zee op zwarte lavastranden beuken. In het zuiden vind je juist stille baaien waar kinderen stenen zoeken in het water dat overal om je heen klotst. De vulkanische lagen in de rotsen vertellen precies hoe het eiland is ontstaan. De terrasvormige hellingen zijn door de eeuwen heen met veel geduld aangelegd. In de natuurlijke bassins voel je het warme water tegen je benen klotsen. Een paar bochten verder ruik je druiven die op de begroeide wijnhellingen liggen te drogen.
En dan zijn er de levada’s. Die smalle paden langs oude irrigatiekanalen laten je een heel ander Madeira zien. Je loopt er tussen dorpjes die tegen de helling zijn geplakt en iedere keer ontdek je weer een nieuw detail. Het is een eiland dat zich niet laat vangen in een paar woorden. Misschien is dat juist waarom het voelt als een droomplek waar je steeds naar terug wilt. Wij delen hieronder de 7 meest bijzondere plekken die absoluut wil bezoeken, lees je mee?
Zeven fotogenieke plekken op het eiland Madeira.

1. Miradouro da Ponta do Calhau – Furna do Bode
Aan de noordkust bij het dorp Faial ligt Miradouro da Ponta do Calhau en kijk je uit over ruige kliffen, de bruisende oceaan en een landtong eindigend in zee. In de vroege ochtend, wanneer de zon boven de oceaan opkomt, kleuren de eerste stralen de steile rotswanden en groene hellingen langs de kust. De combinatie van ruige kustlijn, opspattende golven en helder ochtendlicht maakt dit een van de mooiste plekken om de dag te beginnen op Madeira.
2. Mystieke en eeuwenoude laurierbossen
Fanal Forest staat hoog op het plateau van Paul da Serra en voelt alsof je een stap zet in een ander tijdperk. Het is een van de laatste laurierbossen ter wereld en dat merk je meteen aan de bomen die krom en eigenwijs over het veld staan. De stammen zijn bedekt met zacht mos en de takken draaien alle kanten op, alsof ze met elkaar overleggen welke kant de wind vandaag op gaat. Wanneer er een lichte nevel hangt, lijkt het bos zich even terug te trekken en krijgen de silhouetten meer diepte. Met zon zie je juist hoe het licht tussen de bladeren danst en het landschap openbreekt. Het is een plek die laat zien hoe groen en stil Madeira kan zijn en waar je automatisch langzamer gaat lopen om niets te missen.

3. Langs varens en watervallen
In de Rabaçal vallei volg je de Levada das 25 Fontes, een route die je midden door het groene hart van Madeira loodst. Je loopt tussen varens die bijna je benen raken en laurierbomen die een eigen geur verspreiden. Het pad brengt je uiteindelijk bij een ronde poel waar tientallen kleine stroompjes samenkomen. Je hoort het water al voordat je het ziet. Een stukje verder zie je de Risco waterval als een lange streep langs de rotswand naar beneden glijden. Onderweg verandert het decor telkens. Het ene moment loop je in de koelte van een schaduwrijk stuk, het volgende kijk je uit over een vallei die zo uitgestrekt is dat je even blijft staan om het allemaal in je op te nemen.

4. Natuurlijke baden van Porto Moniz
Aan de noordkust ligt Seixal met een strand dat bijna zwart oogt en fel afsteekt tegen de kliffen erachter. Het donkere zand, het witte schuim en de groene hellingen zorgen voor een decor dat je meteen pakt.
Iets verderop bij Porto Moniz liggen de natuurlijke baden die door oude lavastromen zijn gevormd. Meer dan dertig poelen liggen tussen de rotsen. Helder water, strakke basaltlijnen en golven die even verder op de kust breken. Je dobbert in rust terwijl de oceaan zich van zijn ruigere kant laat zien.

5. Miradouro dos Balcões
Voor een blik over het binnenland van Madeira is Miradouro dos Balcões een plek die meteen indruk maakt. Vanaf Ribeiro Frio wandel je er in twintig minuten naartoe. De naam betekent ‘balkons’ en dat klopt; het platform lijkt boven de vallei te zweven. Voor je liggen bergtoppen, kammens en diepe dalen, soms gehuld in nevel, soms zo helder dat je tot aan de kust bij Faial kunt kijken. Een plek waar je in een paar stappen een compleet beeld krijgt van het ruige binnenland.
6. Levada dos Cedros & PR 22 Vereda do Chão dos Louros
Wie de laurierbossen van Madeira echt wil ontdekken, kiest voor de minder drukke wandelingen. De PR 14 Levada dos Cedros kronkelt aan de westkant van het eiland langs bomen vol mos en rotsen waar water zacht naar beneden glijdt. Het smalle kanaal voert nog steeds bergwater door het groene dal en onderweg blijf je telkens staan om het licht en de vormen vast te leggen. De korte route PR 22 Vereda do Chão dos Louros bij São Vicente biedt juist afwisseling; het pad opent zich steeds weer met uitzichten over valleien en bergkammen en geeft een snel maar compleet beeld van het binnenland.

7. Cabo Girão Skywalk
Ten westen van Funchal torent Cabo Girão hoog boven de Atlantische Oceaan uit, bijna 580 meter omhoog. Op de glazen Skywalk kijk je recht naar beneden op de terrasvormige wijngaarden die tegen de rotsen liggen. Tegelijk zie je de kustlijn zich uitstrekken richting Câmara de Lobos en Funchal, een uitzicht dat blijft hangen. Het is een plek die je niet snel vergeet en waar we altijd met plezier naar terugkeren.




